Nog eentje dan...

31 juli 2021 - Riudarenes, Spanje

Toch nog een verhaaltje om het af te sluiten. Want, zoals Paul gisteren terecht opmerkte: de reis is nog niet voorbij! En daar heeft hij helemaal gelijk in. De reis is in dit geval zeker ook onderdeel van onze vakantie.

Maar voordat we verder reizen, sluiten we onze topdag in Cala Agulla, af in de haven van Cala Ratjada, aan de andere kant van de punt. Paul koerst inmiddels in ieder stadje zonder schroom af op het centrum van het centrum en parkeert onze toch niet kleine auto moeiteloos op de kleinste plekjes. Gewoon een kwestie van goed opletten op gele of blauwe stoepranden. Geel is niet parkeren, blauw is betalen, geen kleur is vrij parkeren, als je het je lukt om m ertussen te prakken uiteraard. Topsysteem.

We staan weer koninklijk, aan de rand van de haven en zijn redelijk vroeg, dus keus genoeg. Het is hier eigenlijk net ff te toeristisch naar onze zin; niet echt een gezonde mix tussen Spanjaarden en andere vakantiegangers, maar we hebben trek en moeten vanavond nog even de tassen inpakken, dus soit. Het meest goedgevulde terras op een fijne plek met een windje blijkt een goede keuze. Mamma Mia, heet het, en behalve pizzas staan er gelukkig ook lekkere tapas op de kaart. De jongens zijn inmiddels groot fan van de Spaanse 'croquetas', Paul krijgt geen genoeg van de 'jamon' (uiteraard gaat er ook weer een pootje mee naar huis) en ik wil graag die dadels met spek nog een keertje. Als het voorgerecht wordt geserveerd, merkt Luuc nog wel even scherp op dat het toch best een aparte situatie is: "Daar zitten we dan, als Nederlanders, in Spanje, bij een Italiaans restaurant, waar je in vloeiend Duits wordt bediend, en wij maar antwoord blijven geven in een mix van Catelaans, Spaans en Engels." Waar ober Rachid dan weer danig van in de war raakt. Snap ik, wij zelf eigenlijk ook. Maar hé: lang leve de diversiteit. 

De volgende ochtend staat het wekkertje op tijd; we kunnen vanaf 9.30 uur inchecken en gezien onze eerdere ervaringen met rijen, zijn we maar liever op tijd. Geen tests gelukkig deze keer: als je weggaat is het blijkbaar niet van belang of je wel of geen coronavirus bij je draagt. Was geen overbodige luxe geweest,  overigens, gezien het aantal mensen en hoe lastig het blijkt km afstand te houden. Zeker omdat er per auto slechts één persoon aan boord mag, de rest moet lopend, vanwege het 'veiligheidsbeleid'. Hilarisch, vind ik het. Onze rugzakken moeten dus door de scan, terwijl Paul een paar minuten later gewoon alles uit onze ongecontroleerde auto mee aan boord en naar het dek kan nemen. Ach ja, als het zo beter voelt... we zitten evengoed lekker, aan ons tafeltje op het dek, in de schaduw, met een lekker windje en een bijna spiegelgladde zee. Zo is reizen natuurlijk koekie-eitje, proberen we onze jongens duidelijk te maken. "Ja, dûh...dat snappen zij ook wel. En ze kunnen het ook heus wel als de omstandigheden minder gunstig zijn!". Eh, nou, dat laatste wagen wij te betwijfelen. Ja, zolang er WiFi en stroom is, of in dit geval genoeg geheugencapaciteit op je telefoon om films te downloaden. Maar anders? Dat ik zonder apparaat 6 uur in de rij heb gestaan en nu weer 6 uur op het dek heb gezeten, met alleen een boek en mijn eigen gedachten, is iets waar Teun zich niks bij kan voorstellen. En dat ik dat dan ook nog fijn vind, al helemaal niet. Maakt ook niet uit, al zou ik het de jongens gunnen dat ze minder afhankelijk zijn van die apparaten in dit soort situaties. Jammer dat het is ontstaan, ondanks dat Paul en ik altijd bewust zonder schermpjes in de auto met ze hebben gereisd. Of misschien wel juist daardoor, wie zal het zeggen. ;-). 

In ieder geval vonden we de bootreis ieder op ons eigen manier reuze meevallen en kloppen we een paar uur later goedgemutst aan bij het hotel in de buurt van Girona, hotel La Brasa te Riudarenes. De kleine teleurstelling over het feit dat het restaurant dicht is, wordt door de vriendelijke eigenaar als snel weggenomen, aangezien we een goed alternatief is op loopafstand, zo verzekert hij ons. We besluiten er gelijk maar heen te gaan, want het is al aan de late kant, en als er geen plek is, moeten we toch op zoek naar iets anders. 

Als we het bewuste restaurant gevonden hebben in het verder doodstille dorp, lijkt het er sterk op dat ook dit restaurant dicht is. Gelukkig gluurt Paul even over een muur en ziet hij mensen in de tuin zitten.. En ja hoor, het is open. Sterker nog: er is al voor ons gereserveerd! Voor we het weten zitten we prinsheerlijk aan de rosé in mooi verlichte tuin, met een uitgebreide menukaart voor ons neus, omringd door uitsluitend Catelanen, wat zoals altijd zorgt voor een heerlijke kakofonie aan geluid en gelach. Zucht: zo comfortabel kan reizen dus zijn. Voor een volgende reis neem ik me voor om nog iets meer aan het toeval over te laten en nog iets meer te luisteren naar adviezen van de locals. Als ik nou ooit maar Spaans had geleerd, dat ie het enige jammere. Het wordt toch hoog tijd voor een cursusje. Nu echt.

Tot ziens mooi land en fijne mensen!

Foto’s